Ze lagen samen in de tent
De lucht was grauw
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
Het gras was nat, de lucht benauwd
Hun ledematen koud
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
Het hout werd nat, het vuur ging uit
Het eten rauw en koud
De wereld koud en donker
Zij waren samen in de tent
Gelukkig
De reis terug, vermoeiend lang
Hierbinnen brandt het licht
En buiten wordt het donker
Ze zijn weer thuis, niet meer in de tent
Gelukkig!