Op vakantie in Polen hebben we Lublin bezocht. Een mooi stadje met een rijke historie waarvan ik de naam al diverse malen in 'Chassidische Vertellingen' van Martin Buber gelezen had. Onze volgende bestemming was Bialowieza, waar we een paar dagen wilden verblijven om een van de laatste oerbossen in Europa te bezoeken. We kozen een route langs de oostgrens van Polen, we waren de open grenzen binnen Europa gewend en het leek ons leuk om een stuk ‘af te snijden’ via Wit-Rusland.

De grens naar Wit-Rusland bleek echter niet zo open te zijn. Na gecontroleerd te zijn door de Poolse douane kwamen we in een soort niemandsland terecht waar we uren in een lange rij auto’s moesten wachten voor de grens van Wit-Rusland. Uiteindelijk kwamen we bij wachthuisje van waaruit een streng uitziende beambte ons in slecht verstaanbaar Engels vroeg: ‘Visum?”

Wij hadden geen visum en werden met handgebaren naar een plek verderop gedirigeerd. Na enige tijd gewacht te hebben kwam er een geüniformeerde man op ons af die onze paspoorten innam en zonder een woord te zeggen weer verdween. Hoe lang we daar gestaan hebben weet ik niet meer, maar het was langer dan we gewild hadden. Die hele tijd vroegen we ons onzeker af wat er nu zou gebeuren nu we daar stonden –voor ons gevoel illegaal- zonder paspoort. We spraken de taal niet en kenden de procedures niet. Allerlei scenario’s gingen door ons hoofd: een boete, een arrestatie en overnachten in een Wit-Russische cel, dagenlang zoek.

Gelukkig kwam de man na lange tijd terug gaf onze paspoorten terug en wees ons hoe we terug moesten naar Polen. Toen we Polen weer binnen wilden wachtte ons een nieuwe verrassing: Onze hele auto werd doorzocht op verdachte goederen – en dat terwijl we alleen maar in niemandsland gestaan hadden! Dat stukje afsteken heeft ons uren tijd gekost en een grenservaring rijker gemaakt.

Achteraf kunnen we er wel om lachen hoe naïef we waren om zo onvoorbereid de grens te willen oversteken, maar op het moment zelf voelden wel heel wat spanning en ongemak.